Water en bodem sturend in ruimtelijke ordening in kamerbrief minister
Ruimte in Nederland is schaars. Dat vraagt om scherpe keuzes over wat we waar doen. Concreet: waar bouwen we huizen, waar is ruimte voor natuur, waar kan het beste landbouw plaatsvinden. In een kamerbrief heeft minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening Hugo de Jonge drie perspectieven geschetst die moeten helpen bij het maken van ruimtelijke keuzes. Uitgangspunt bij alle drie de perspectieven is: water en bodem sturend.
Rijk neemt meer regie
Een belangrijke boodschap uit de kamerbrief is dat het Rijk de regie wil hernemen in de ruimtelijke ordening. Met als doel om het werk voor provincies, gemeenten en waterschappen beter mogelijk te maken. Dat is nodig omdat niet alles overal mogelijk is. Er moeten keuzes gemaakt worden, niet alles blijven stapelen en daardoor vooruit schuiven. Grote opgaven krijgen een plek in nationale programma’s, waarbij de lokale overheden worden betrokken voor de regionale doorvertaling.
Vergelijkbare boodschap
Halverwege vorige week kwam ook minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) met een vergelijkbare boodschap. Klimaatverandering stelt de waterschappen voor grote uitdagingen. Bijvoorbeeld als het gaat om extremer weer, meer periodes van droogte en wateroverlast. Al die vraagstukken vragen om meer ruimte voor water. Maar hoe combineer je dat met andere functies zoals woningbouw, energietransitie, natuur en landbouw? Er liggen kansen om de woningbouwopgave van Nederland klimaatbestendig en waterrobuust in te richten, voor de lange termijn. Hierbij wil de minister bij de keuze voor bouwlocaties (zeer) kwetsbare gebieden (zoals zeer diepe polders met een slappe ondergrond) vermijden.
‘Water en bodem centraal is belangrijk!’
Dijkgraaf Jeroen Haan van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden ziet een belangrijke eerste stap: ‘Het is goed om te zien dat het Rijk actief aan de slag gaat met ruimtelijke analyses en zich steviger gaat bezighouden met ruimtelijke ordening. Niet alles kan overal, dat is zichtbaarder dan ooit. Ik ben blij om te lezen dat water en bodem sturend zijn in de verschillende perspectieven die voortkomen uit de ruimtelijke analyses van het Rijk..’
Polder Rijnenburg
In de regio Utrecht is de polder Rijnenburg een locatie waar mogelijk (grootschalige) woningbouw gaat plaatsvinden. Het waterschap was daar eerder helder over: nee, tenzij klimaat- en bodemdalingsbestendig. Vanwege een zakkende veenbodem en delen van de polder die erg laag liggen, is het een locatie die gevoelig is voor wateroverlast. Rijnenburg volbouwen is dan ook geen goed idee. Hoogheemraad Els Otterman: ‘Bouwen in Rijnenburg is geen verstandig idee. Maar mocht de gemeente Utrecht toch besluiten tot woningbouw daar, dan alleen als dit klimaat- en bodemdalingsbestendig gebeurt. Daarvoor willen we als waterschap aan de voorkant meedenken, bijvoorbeeld over alternatieve vormen van woningbouw. Denk aan bouwen op palen of drijvend bouwen. Bovenal is belangrijk dat we goed nadenken over de toekomstbestendigheid van dit gebied en dat doen we graag samen met de gemeente Utrecht!’
Veenweidelandschap rondom Kamerik