Werkbezoek Kamerleden onderstreept probleem rivierkreeften
Op vrijdag 2 juni hebben Tweede Kamerleden Derk Boswijk (CDA) en Roelof Bisschop (SGP) een werkbezoek gebracht aan het agrarische bedrijf van familie De Leeuw in Zegveld. Op dit moment vindt langs de percelen in de Slimmenwetering een pilot voor het wegvangen van rivierkreeften van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR) plaats. De Kamerleden waren hiervoor uitgenodigd door HDSR, Hoogheemraadschap Schieland en Krimpenerwaard en de gemeente Woerden. Aanleiding voor het werkbezoek was de brandbrief aan de Tweede Kamer van afgelopen december waarin zorgen zijn geuit over de toenemende problematiek van uitheemse rivierkreeften.
In opdracht van HDSR hebben Fabrice Ottburg en Ivo Roessink van de Wageningen University & Research (WUR) onderzoek gedaan naar de populatiegrootte van de uitheemse rivierkreeften in Zegveld en de gevolgen voor de waterkwaliteit en afwezigheid van de ondergedoken waterplanten. Ottburg vatte de uitkomst in zijn presentatie krachtig samen: “Niets doen is geen optie.” De explosie van deze rivierkreeften is slecht voor de waterkwaliteit en biodiversiteit van de Nederlandse wateren.
De kreeften veroorzaken met hun eet- en graafgedrag flinke schade aan waterplanten en oevers. Daarnaast eten ze veel kleine waterdieren, zoals eieren en larven van macrofauna, amfibieën en vissen, en verknippen ze waterplanten die het water helder houden. Zonder waterplanten hebben (blauw)algen vrij spel, met troebel en stinkend water tot gevolg. Het maakt de inspanningen van het waterschap, gemeenten en agrariërs voor schoon en gezond water complex en zorgelijk met het oog op de kwaliteitsdoelen die in 2027 behaald moeten zijn.
Flora en fauna verdwijnt
Bert de Groot, hoogheemraad van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden: “Naast de schade die de kreeften aanrichten, is een minstens zo groot probleem dat het gevoel overheerst dat het ecologisch beheer en onderhoud op dit moment toch allemaal geen zin heeft. En het uitblijven van voldoende draagvlak heeft weer gevolgen voor het programma Gezond Water en de KRW-doelen.”
Koen Spruit heeft als agrariër ervaring uit eerste hand met de schade die wordt aangericht door de verschillende soorten Amerikaanse rivierkreeften: “Je ziet de flora en fauna in de sloten voor je ogen verdwijnen en dat doet zeer.” Ook de verslechtering van de waterkwaliteit door de rivierkreeften is voor agrariërs een doorn in het oog. “We doen er alles aan om de waterkwaliteit te verbeteren en dan heb je zo’n externe factor die de kwaliteit in een oogwenk weer verslechterd en worden wij weer afgerekend op die kwaliteit,” legt Spruit uit. De Groot: “Alles bij elkaar opgeteld zal er meer actie moeten komen om te kijken hoe we om moeten gaan met deze kreeften.”
Landelijke aanpak
Versnelling, opschaling en aanpassing van wetgeving is nodig om het probleem het hoofd te bieden, is de conclusie. Ad de Regt, wethouder gemeente Woerden, ziet oplossingsmogelijkheden voor deze problematiek in de landbouwtransitie: “De manier waarop geboerd kan worden, verandert. Ons streven is dat boeren in de toekomst ook geld kunnen verdienen met natuurbeheer. Mogelijk kunnen ze dan ook iets betekenen bij de bestrijding van uitheemse rivierkreeften.” Een andere veelbesproken oplossingsrichting tijdens dit werkbezoek is de beroepsvisserij en het wel of niet inzetten van amateurvissers. Duidelijk is wel dat het probleem van de uitheemse rivierkreeften vraagt om een landelijke aanpak om de ecologische toestand in ons water niet verder achteruit te laten gaan. “Het probleem is duidelijk,” aldus de Groot, “maar om er daadwerkelijk iets aan te doen, hebben we ieders medewerking nodig.”