Verslag informatiebijeenkomst peilbesluit Zeist op 27 juni

Op dinsdag 27 juni 2023 heeft Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden een informatiebijeenkomst gehouden over het nieuwe peilbesluit dat wordt genomen voor Zeist-West en het landelijke gebied tussen Zeist, De Bilt, Utrecht, Bunnik en Driebergen. In een peilbesluit legt het waterschap de peilen vast voor het oppervlaktewater in een bepaald gebied, zoals sloten, weteringen en kanalen.

De avond begon met een centrale presentatie. Projectleider Ben Jonkman legde uit wat een peilbesluit is en waarom het peilbesluit voor dit gebied vernieuwd moet worden. Het huidige peilbesluit is namelijk genomen in 2008 en sindsdien is er veel veranderd in het gebied. Uit de jaarlijkse toets, waarin het waterschap controleert of de genomen peilbesluiten nog voldoen, bleek dat het peilbesluit voor een groot deel van het gebied niet meer actueel was. Het moet daarom vernieuwd worden.

Gebruiksfunctie leidend

Dat een nieuw peilbesluit wordt genomen betekent niet dat het waterpeil in de sloot naast uw terrein ook daadwerkelijk verandert. Het betekent alleen dat het waterschap opnieuw gaat kijken of het huidige waterpeil nog passend is.

Bij het bepalen van nieuwe waterpeilen zijn de grondsoort en de manier waarop de percelen worden gebruikt leidend. In een woonwijk zijn bijvoorbeeld andere waterpeilen gewenst dan in een weiland of een natuurgebied.

Inventariseren

Op dit moment heeft het waterschap nog geen voorstellen voor nieuwe waterpeilen. Het waterschap is nog gegevens aan het onderzoeken, informatie aan het ophalen en wensen en knelpunten aan het inventariseren bij bewoners, grondeigenaren en andere belanghebbenden in het gebied. De informatiebijeenkomst was dan ook bedoeld om te horen van belanghebbenden wat er wel en wat er niet goed gaat met het waterpeil.

Alleen voor oppervlaktewater

Dit peilbesluit gaat over oppervlaktewaterpeilen, dus het waterpeil in sloten en grotere wateren zoals de Blikkenburgervaart, de Biltsche Grift, de Zeister Grift en de Nieuwe Hakswetering. Er worden geen grondwaterstanden in vastgelegd. Grondwaterstanden zijn veel lastiger te sturen dan het oppervlaktewater; zij worden beïnvloed door verschillende factoren. De slootpeilen spelen hierin een beperkte een rol, neerslag en verdamping hebben een groter effect. In delen van het projectgebied zijn ondergrondse grondwaterstromingen vanuit hoger gelegen gebieden op de Utrechtse Heuvelrug een belangrijke factor.

Veel vragen

Ruim dertig mensen hebben de avond bezocht. Onder hen waren veel bewoners van de wijk Brugakker in Zeist. Deze wijk is gebouwd in een lagergelegen gebied en kampt met overlast door hoge grondwaterstanden. De bewoners hebben onder meer last van water in kruipruimtes, corroderende leidingen en erg natte tuinen. Het kan bijvoorbeeld weken duren voor plassen na een regenbui zijn weggetrokken. De bewoners willen graag dat het waterschap kijkt wat het kan doen om de situatie te verbeteren en vragen of het waterschap in het peilbesluit de waterpeilen niet wil verhogen.

Verder waren er vragen over het nieuw gesloten coalitieakkoord en de ambities van het nieuwe bestuur van waterschap in dit gebied. De aanwezige hoogheemraad Bert de Groot beantwoordde de vragen hierover. Hij legde uit dat het nieuwe peilbesluit voor dit gebied tijdelijk is. Er zit geen einddatum aan een peilbesluit, maar mocht het peilbesluit door ontwikkelingen achterhaald zijn, kan het zomaar zijn dat het peilbesluit over enkele jaren (gedeeltelijk) herzien wordt.

Na het centrale deel konden mensen individueel vragen stellen of opmerkingen doorgeven aan de aanwezige medewerkers van het waterschap. Daar maakten veel aanwezigen gebruik van. Zo waren er mensen die zich inzetten voor de historische Carsbeek, het enige nog zichtbare overblijfsel van de Ridderhofstad Carsbergen en de buitenplaats Kersbergen. Ook werd er bijvoorbeeld geklaagd over de toenemende overlast van motorboten op de Biltse Grift en waren er agrariërs die vragen stelden over de sloten rond hun percelen.

Hoe verder?

Wij gaan verder met ons onderzoek en nemen de gemaakte opmerkingen en wensen ter harte. Opmerkingen die niet gerelateerd zijn aan het waterpeil hebben wij doorgegeven aan onze collega’s die erover gaan.

Nadat wij klaar zijn met het onderzoek zullen wij een zorgvuldige afweging maken en stellen wij een ontwerppeilbesluit op. Dat wordt voorgelegd aan het college van dijkgraaf en hoogheemraden van het waterschap en wordt daarna zes weken ter inzage gelegd. In die periode kunnen belanghebbenden hun commentaar op het voorstel doorgeven en een zogeheten zienswijze indienen op de plannen. Na deze periode wordt een definitief ontwerppeilbesluit opgesteld, dat ter besluitvorming wordt voorgelegd aan het algemeen bestuur van het waterschap.

Wanneer het ontwerppeilbesluit ter inzage wordt gelegd wordt dit bekendgemaakt via onze website, een persbericht aan lokale media en de e-mailnieuwsbrief.