De Wit-sluisvispassage

De De Wit-sluisvispassage bestaat uit een ronde buis van 60 cm en een schuif aan zowel de in- als uitstroomzijde van de buis. De vispassage werkt volgens vrijwel hetzelfde principe als een scheepvaartsluis.

Hoe werkt de sluisvispassage?

Altijd is er één schuif geopend en de andere schuif (bijna) gesloten. Door de bijna gesloten schuif stroomt nog een kleine hoeveelheid water die als lokstroom dient voor de vissen. De vissen worden daardoor de buis ingelokt. Elk half uur gaan de schuiven afwisselend open en dicht. De Wit Kamer-vispassage wordt bij peilverschillen van meer dan 1,0 m relatief duur om te bouwen. Er zijn dan steeds meer kamers nodig om het hoogteverschil te overbruggen. Dit wordt met de Wit-sluisvispassage voorkomen.
De eerste sluisvispassage is geplaatst bij gemaal Smidsdijk in Cothen. Ook bij gemaal Caspargouw in Cothen is inmiddels zo'n sluisvispassage gebouwd.

Sluisvispassage

Dwarsdoorsnede van een sluisvispassage

Voordelen sluisvispassage voor het waterschap

  • het ontwerp is bedoeld voor watergangen waar vissen een peilverschil van meer dan 1 meter moeten overbruggen. Hoe groter het peilverschil, des te groter de besparing in aanlegkosten ten opzichte van een ander type vispassage;
  • er is minder waterverlies: het debiet (=hoeveelheid) en de tijdsduur van de lokstroom is te beperken met behulp van de elektrisch bediende schuiven. Dit is vooral van belang voor gebieden waar het water in droge perioden moeizaam op peil gehouden kan worden;
  • er wordt bespaard op energiekosten: er stroomt (veel) minder water door dan door andere typen vispassages om toch goed te kunnen functioneren. Dit water moet in veel situaties door een gemaal opnieuw aan- of afgevoerd worden wat extra energie kost.

Nadelen sluisvispassage voor het waterschap

  • Doordat er geschut wordt is de sluisvispassage niet permanent te passeren door vissen, enkel tijdens het schutten. Dat is gemiddeld elk half uur. De kamer-vispassage laat daarentegen 24 uur per dag vissen door.