Rivierkreeften

In Nederland leven steeds meer Amerikaanse rivierkreeften. Dit zijn kreeften die van oorsprong niet in onze natuur voorkomen. We noemen dit exoten. Wanneer een exoot veel schade aan de natuur aanbrengt, spreken we van een invasieve soort. Dat is het geval bij de Amerikaanse rivierkreeft.

Waarom een probleem?

In grote delen van het gebied van De Stichtse Rijnlanden komt de Amerikaanse rivierkreeft in de watergangen voor. Dit heeft negatieve consequenties voor de waterkwaliteit en ecologie. Ze eten waterplanten op, woelen in de bodem en graven in de oevers. Dit verstoort het ecologisch evenwicht, verslechtert de waterkwaliteit en maakt het moeilijker om de doelen uit de Kaderrichtlijn Water te halen. Toch is het niet eenvoudig om de hoeveelheid kreeften onder controle te krijgen.

Onderzoeken en pilots

Verschillende praktijkonderzoeken en pilots laten zien dat de beste oplossing voor het beheer van de kreeften lijkt te bestaan uit een combinatie van een robuuste inrichting van het watersysteem en wegvangen van kreeften. Streven naar ‘geen kreeften in onze watergangen’ is niet meer realistisch. We moeten werken aan ecologisch evenwicht in onze watergangen mét de aanwezigheid van kreeften.

De aanpak van De Stichtse Rijnlanden

Het waterschap werkt aan een robuuste inrichting van het watersysteem. Dit vraagt om een combinatie van een meer natuurvriendelijke inrichting en beheer van watergangen en werken aan helder water waar roofvissen op zicht kunnen jagen. Het water wordt dan minder aantrekkelijk voor de uitheemse rivierkreeften en voor de dieren die op kreeften jagen juist aantrekkelijker. Hiermee proberen we het systeem zelf weerbaar te maken voor rivierkreeften. We noemen dit ook wel het vergroten van de systeemweerbaarheid. Ons werk aan natuurvriendelijke oevers en onze vispassages dragen bij aan zo’n weerbaar en robuust ecosysteem.

Op dit moment vangt het waterschap (m.u.v. het werk in de pilots) niet grootschalig de kreeften weg. Het wegvangen van de kreeften mag volgens de wet alleen gebeuren door  beroepsvissers. Om de kreeften grootschalig weg te kunnen vangen is aanpassing van wet- en regelgeving nodig; een verantwoordelijkheid van het Ministerie van LNV. Bovendien is grootschalig wegvangen kostbaar en is bestrijden zonder zekerheid over  het lange termijn effect vanuit het oogpunt van dierenwelzijn niet wenselijk.

Omdat er nog veel geleerd moet worden over effectief beheer van de  rivierkreeften, werkt het waterschap mee aan onderzoek en pilots.